vrijdag 29 april 2011

De leukste stageplek aan de Zuidas

De leukste stageplek aan de Zuidas? Bij het Historisch Documentatiecentrum? In het Engels heet het dan: ‘Put your money where your mouth is’. Vooruit dan, daar gaan we.

Ik heb een nogal tweedimensionaal wereldbeeld. Daarin schudden chemici voortdurend kwalijk riekende, merkwaardig gekleurde vloeistoffen door elkaar, die onder helse vuurverschijnselen tot knallen, walmen en ontruimingen leiden. Maar dan ligt er uiteindelijk wel iets in een schaaltje dat de mensheid onherstelbaar zal verbeteren.
In die zelfde wereld graven archeologen met kleine schepjes half Drenthe af tot een onuitsprekelijke laag, waarna zij de schamele vondsten met varkensharen kwastjes te lijf gaan om zegge en schrijven één scherf van een cultuur over te houden waarvan niemand ooit hoorde.
Daar tegenover staat dan een meer, laten we zeggen, theoretische benadering, het weken achter elkaar staren naar een leeg schoolbord en dan ineens, met een gouden greep een heelal verschuivende formule neerkwakken. Er bestaat een geweldig cartoon waarin Albert Einstein voor zo’n schoolbord staat. E=ma2 en E=mb2 zijn doorgestreept. We betrappen Albert op het moment dat hij met krijt E=m op het bord schrijft. En de rest is geschiedenis. Het kan misschien, maar ik heb meer op met knallen en kwasten.

Historici neigen de laatste decennia misschien een beetje te veel naar de theoretische kant van het vak. Althans, ze lijken het eerlijk handwerk te mijden. Het met de voeten in de klei, het met de handen uit de mouwen, dagelijks meters papier verwerken en dan met iets nieuws komen. Iets gloednieuws. Want dat vind je nu eenmaal alleen als je archieven in gaat. In boeken staat alleen maar wat een ander al gevonden heeft. En door slim combineren vindt je waarschijnlijk wel weer eens wat nieuws. Maar als je het kan vergelijken met koken, dan kook je – zonder archiefonderzoek – met een beperkt lijstje ingrediënten. Voor toprecepten moet je zelf de wei in.

Wat heeft dit met stageplekken te maken? In je studietijd doe je dingen in opdracht. De docent vraagt je iets uit te zoeken of ergens over te schrijven. Prima natuurlijk. Maar bij een stageplek in een archief ben jij het die initiatief neemt en daarmee de kans loopt op een vondst. Natuurlijk er moet een hoop handwerk worden verricht, Drenthe moet worden afgegraven, vloeistoffen geschud, maar dan heb je ook de kans om die ene scherf te vinden die nog nooit iemand zag. Je bent immers de eerste die met dat archief aan het werk gaat? En noem dat nou maar niet leuk.

Zoals ik zei, de leukste stageplek aan de Zuidas. Nou goed, voor historici dan.

dinsdag 19 april 2011

– Het HDC blogt.
– Het HDC wat?
– Blogt. Nu ja, het HDC..., ik. Ik blog. Blijkt het toch besmettelijker dan ik dacht toen ik summier berichtjes over de archieframp in Keulen op het digitale prikbord hing. Ik dacht toen: terug naar huis, blog aan de wilgen. Maar het kruipt blijkbaar waar het niet gaan kan.
En waar gaat het dan over? Over het HDC. Over mijn werkplek en die van mijn collega’s. Om wat extra aandacht te besteden aan voorbij gebeuren of aan aanstaand. Met misschien een foto hier en daar.
En over de stageplek. Want behalve een bron voor historici en pakhuis van erfgoed is het HDC natuurlijk ook de leukste stageplek aan de Zuidas.

En alsof het de gewoonste zaak van de wereld is, we twitteren ook nog. We, dat zijn in dit geval George Harinck, en Wouter Beekers en ik in vermomming, als HDC. Overigens, twitteren blijkt langzamerhand de gewoonste zaak van de wereld, hoewel gewoon? Er is tenminste één twitteraar die omgerekend meer dan 900 A4-tjes rondgekwetterd heeft. Da’s een kloek boek aan berichtjes. Ik wil maar zeggen, wij hebben nog een weg te gaan.

Genoeg verbaasd over de nieuwe media. Ze zijn er en we gaan ze gebruiken.

Eerst maar eens over voorbij gebeuren.
Op 1 april l.l., een bijzondere dag in die zin dat onze eerste directeur, George Puchinger negentig jaar geworden zou zijn, organiseerde het centrum een congres onder de titel: ‘Het maatschappelijk engagement van christelijke filosofen’. George Harinck over D.H.Th. Vollenhoven en het nationaalsocialisme, Herman Smit over S.U. Zuidema en de dekolonisatie Erica Meijers over H. van Riessen en de apartheid en Jan de Bas sloot af met een soort petje-op, petje-af quiz over B. Goudzwaard en de Evangelische Volks Partij. Herman Dooyeweerd kwam voorbij in fragmenten van een IKOR documentaire uit 1973, die veel belangstelling trok. Ik denk dat de opname verkrijgbaar is via Beeld en Geluid in Hilversum. Het werd een geslaagde middag en voor de heilbegerigen zijn de lezingen integraal naleesbaar in Ter Lezing 7.

En nu weer over tot de orde van de dag, de gedichten van Willem de Mérode, Kerkscheuring in oorlogstijd, het evolutiedebat en op 18 november: 40 jaar HDC! Te veel voor een blog dus volg ons op twitter!