maandag 17 december 2012

‘Eens was er ...’


Het is goed dat niet alles wordt bewaard, de wereld zou kapseizen. Maar soms denk ik wel eens dat er met al die liters badwater toch ook een paar kindertjes te veel zijn weggegooid. Niet letterlijk nemen, ’t is maar beeldspraak, maar toch.

Een tijdje terug kregen we een mailtje van een onderzoeker, die via onze BNPP-pagina op het internet, ga ik niet uitleggen, ga zelf maar kijken, een tijdschrift op het spoor was gekomen. Hij zocht de jaargang 1904 van De Christen-Demokraat. Weekblad voor Nederland. Van die Demokraat, die verscheen tussen 1902 en 1914, is nauwelijks meer iets over. Wij hebben een handjevol jaargangen maar 1904 ontbreekt er aan. En in de rest van het land is die jaargang ook al niet bewaard gebleven. Tenminste niet in bibliotheken. Thuis bij iemand op zolder?
Maar iets ouder dan honderd jaar en nu praktisch geheel verdwenen. Overigens, zo zijn er meer. Als afsluiting van het BNPP project komen we in maart 2013 met lijsten waarop titels van periodieken die geheel verdwenen zijn of waarvan nog slechts enkele nummer over zijn. Dat wordt een treurig stemmend overzicht.
Kleine tijdschriften, kleine oplages: probleem nummer 1. Probleem nummer 2, bibliotheken hebben bij voorkeur complete, ingebonden jaargangen. Maar de praktijk blijkt vaak losbladig, beschadigd, incompleet, verzuurd en gescheurd. Restaureren, bijeen zoeken, actief verzamelen, voor dat soort dingen is door jarenlang systematisch bezuinigen anno nu nauwelijks of geen geld meer. Het lijkt er op dat we met zijn allen berusten in het feit dat het verleden nu eenmaal verleden is. En dat is een nog treuriger vaststelling dan dat we ontdekken dat er periodieken niet meer bestaan.
Tegen de tijdgeest in bewaren wij voorlopig zoveel mogelijk van dit soort verweesde periodieken. We zullen ze aan de vergetelheid ontrukken door ze op te nemen in lijsten, als getuige van ‘Eens was er’.

Overigens waar in dit stukje periodieken werd geschreven kan met enige aanpassing van de tekst ook archieven worden gelezen. En daar word ik dan nog treuriger van.

Tot nu toe echt een stukje dat past bij de tijd van het jaar; korte dagen en minstens vijftig tinten grijs aan het zwerk. Dus nou iets lolligs.

In zes jaar tijd hebben we 81 onderzoekers kunnen helpen, uitgebreid of slechts kort, met hun dissertatie. Waaronder twintig VU-onderzoekers. Dat weten we omdat we eens geteld hebben. Onder druk van de tijden tellen we tegenwoordig wat vaker dan we deden. Vind ik wel goed hoor, maar je moet oppassen dat je niet alleen maar aan het tellen bent, er moet ook nog wat gedaan worden. En dat hebben we dus. 81 Bezoekers. 81 Proefschriften. En daarnaast nog een heleboel andere bezoekers geholpen met hun werkstukken, hun scripties of met dat ene feitje. Zouden we ook eens moeten tellen. Maar dat doen we een andere keer. Nu gaan we aan de slag.

Houd de brievenbus in de gaten, december, dus Novum ploft straks op de mat. En bij de donateurs het jaarboek! Gaat over de zending.

Voor straks: geweldige kerstdagen en een gezond en voorspoedig 2013.